Wat zie jij jouw leerlingen doen?

Wie houdt zijn hoofd schuin tijdens het lezen? Zie je leerlingen hun boek recht op tafel zetten? En zie je wel eens een kind een oog afdekken tijdens het lezen? Meestal reageert een leerkracht hierop met corrigeren: “Ga eens recht zitten!” “Leg je boek neer.” “Je hoofd valt er echt niet af hoor.” Herkenbare uitspraken of niet? Denk je dan ook ooit: ‘ik kan het blijven herhalen; het haalt niets uit.’? Frustrerend, frustrerend, frustrerend! Het kost veel energie. En het gaat ten koste van je werkplezier, van de sfeer in de klas. En van jouw relatie met je leerlingen. Zou je, wanneer je jezelf voor de derde keer tegen dezelfde leerling hoort zeggen: “Kijk eens goed”, of “lees eens wat er staat” willen kijken of hij/zij misschien een probleem heeft met zien? Het is goed mogelijk dat, hoe goed iemand ook kijkt, hij iets anders ziet dan jij. Bij visuele stresskunnen letters gaan dansen. Waarom zegt een leerling daar niets van? Eenvoudigweg omdat ‘ie denkt dat wat ‘ie ziet normaal is. Net zoals jij ooit dacht dat jouw leerlingen letters hetzelfde waarnemen als jij. Als je ànders kijkt naar deze leerlingen, anders kijkt naar wat zij doen. Naar de fouten die zij maken, naar hun houding, de stand van hun hoofd tijdens lezen en schrijven. Naar vermijdingsgedrag. Hoofdpijn, buikpijn…. Als je daar anders naar kijkt, zul je andere dingen zien. En kun je kinderen de ontwikkelkansen geven die ze verdienen!

Ik zie, ik zie   dyslexie. Of nie?

Wanneer kinderen langzaam, letters verwisselen, woorden omdraaien (bijvoorbeeld tak i.p.v. kat), woorden overslaan of juist weer beginnen aan de regel die ze net gelezen hebben, wie denkt er dan aan dyslexie? Wie peilt er dan bij de ouders of er dyslexie in de familie zit? Het kan een goede gedachte zijn. En voor je daar verder onderzoek naar laat doen, is het zinvol om na te gaan of de ogen van die lezer goed functioneren. Iedereen weet dat je je ogen nodig hebt om te kunnen lezen. Maar wij realiseren ons vaak onvoldoende wat die ogen allemaal moeten kunnen om vlot te kunnen (leren) lezen. Iemand moet goed de middellijn kunnen kruisen met zijn ogen. Moet vloeiende oogvolgbewegingen kunnen maken. Goede oogsprongbewegingen(saccades). Zijn perifeer zicht moet voldoende zijn. Er zijn zoveel voorwaarden nodig, waar je niet altijd bij stil staat wanneer je een kind laat lezen. En het mooie is: wanneer jij het gedrag van kinderen beter kunt lezen, hoef je je hier niet verder in te verdiepen. Met eenvoudige signaleringslijsten kun je snel een beeld krijgen van het functioneren van iemands ogen. En kun je adequaat doorverwijzen. In de signaleringslijsten gaat het om eenvoudige observaties, zoals hoofd mee bewegen tijdens het lezen. Hoofd ondersteunen. Dicht op het papier kruipen….

Signaleringslijst oogfunctioneringsproblemen

In Samenspel ontwikkelt op dit moment signaleringslijsten, waarmee ouders en leerkrachten eenvoudig na kunnen gaan of iemand mogelijk problemen heeft met het functioneren van zijn/haar ogen.

Daarnaast ontwikkelt In Samenspel een korte cursus “Gecertificeerd Ontwikkelingscreener Lezen”. Omdat een hoop frustratie, leed, miskenning voorkomen kan worden wanneer oogfunctioneringsproblemen onderkend worden. En ieder kind recht heeft op goede ontwikkelkansen!

 

 

Reageren is niet mogelijk.