Gelukkig leven veel kinderen sowieso onder dwang; die van hun ouders. En prefereren ze vaak de ’verdunde’ dwang van met 30 leerlingen onder toezicht van een leerkracht, boven de één op twee of één op één situatie van thuis. Ze zijn er aan gewend, en zitten hun schooltijd wel uit.

Je hoeft niet heel veel psychologie of pedagogiek te studeren, om in te zien dat dwang en leren slecht samengaan. In zekere zin belemmert alles wat móét de ontwikkeling van intrinsieke interesse. Zaken, zoals alle dinosauriërs kennen, die kinderen voor hun plezier zich met speelse inspanning eigen maken, gaan met hangen en wurgen, zodra iemand het hen probeert af te dwingen. We moeten vooral ook bedenken dat vóór een kind de leerplichtige leeftijd bereikt, het al een gigantische hoeveelheid dingen heeft geleerd: de sociale en linguïstische syntaxissen bijvoorbeeld. Puur op eigen kracht, enkel gesteund door zijn omgeving.

Nu is de vraag: mogen we hieruit concluderen dat kinderen intrinsiek gemotiveerd zijn te leren en geen dwang behoeven? Wie durft hier aan te twijfelen? Moeten we bang zijn dat bij de afschaffing van de plicht, de leerlingen en masse zich op straat gaan lopen te vervelen? Maar de Leerplichtwet dwingt niet alleen de leerlingen. Stel je voor wat er gebeurt als je alle autoriteiten uit de belevingswereld van de leerkracht weghaalt, en deze alleen overblijft met zijn al dan niet leergierige leerlingen? Moeten we bang zijn dat de leerkrachten er dan met de pet naar gooien? Sommigen misschien. Nu legitimeert de plicht hen om onze kinderen van
alles voor hun eigen bestwil af te dwingen.

Waarom gaan mensen eigenlijk het onderwijs in? De vakanties? Misschien. Maar de meeste leerkrachten vinden het leuk om les te geven. Ze vertellen graag over hun vak en helpen een kind dat iets leren wil met plezier. Maar niet als ze dat gedwongen op een voor hun onnatuurlijke of onlogische manier moeten doen. En zeker niet als ze voortdurend onder druk en controle moeten werken. Toetsen en testen testen niet alleen de leerlingen, ze controleren of de leerkracht zich aan zijn plicht houdt. En hoe onpersoonlijker het schoolsysteem, hoe meer je naar je pensioen verlangt of naar arbeidsongeschiktheid.

De hoofdinspecteur van het onderwijs in Florida en later in New York, Joe Fernandez begreep dat je ’School Based Management’ moest invoeren: leerkrachten en ouders bepalen samen wat er op school gebeurt. Verzuim, diefstal, geweld daalt en de prestaties stijgen. Kortom, het ’grand design’ (NRC) van het onderwijs slaat de plank mis, als daarin de meest fundamentele condities voor het welslagen van leren vergeten worden, namelijk een leerkracht en een leerling die er beiden lol aan beleven. De wortel van het kwaad schuilt naar onze mening in een gedateerde wetgeving, die dwang legitimeert. En daarnaast de misplaatste ideologie dat de overheid haar onderdanen moet klaarstomen voor een totaal onvoorzienbare toekomst. Hoeveel van wat Uzelf op de middelbare school geleerd heeft gebruikt u dagelijks voor uw werk? Snelle veranderingen sluiten uit dat we nu een kind dat kunnen leren wat het over twintig jaar moet weten.

De vraag is dus, hoe kunnen we de wetgeving en de ideologie zo aanpassen dat deze bij een succesvolle onderwijspraktijk aansluit, in plaats van steeds maar weer de school aan te passen aan de ideeën van de wetgever?

Laten we de zaken nog even wat meer in detail bekijken. Op dit moment kan iedereen aanspraak doen op zijn recht op onderwijs (grondwet, artikel 23; universele verklaring van de rechten van de mens, artikel 26; eerste protocol bij het verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, artikel 2; verdrag inzake de rechten van
het kind, artikel 28 en 29; internationale verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, artikel 13 en het verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, artikel 126 en 127).

Opvallend is dat in een groot aantal van deze wetten en verdragen aan het recht op onderwijs direct de plicht gekoppeld wordt. Bijvoorbeeld: “Een ieder heeft recht op onderwijs, het onderwijs zal kosteloos zijn, althans wat het lager en beginonderwijs betreft. Het lager onderwijs zal verplicht zijn” (Universele Verklaring van de Rechten van de mens, artikel 26, lid 1). Verzuim je in Nederland school tussen je vijfde en zestiende, dan handel je in strijd met Leerplichtwet 1969, artikel 3.

De Staten die het verdrag op de rechten van het kind ondertekend hebben, hebben ondertekend dat: “het onderwijs aan het kind dient te zijn gericht op: a. de zo volledig mogelijke ontplooiing van de persoonlijkheid, talenten en geestelijke en lichamelijke
vermogens van het kind” (art 29, lid 1a). Wat zou er gebeuren als we ons daarop gaan concentreren en de leerplicht afschaffen?

 

Reageren is niet mogelijk.